Altijd prijs songteksten
Zeg ober, weet jij wie dit pernodje betaalt
De Amsterdamse steunprijs voor de jonge kunsten
Omdat ik dertien verzen uit het Tsjechisch heb vertaald
En ze opgedragen heb aan mr.Mijks'naar
Ach ja, dat zijn de trucen he, die moet je leren kennen
Je moet niet in het wilde weg gaan zitten pennen
Een opdracht aan de juiste man, dat kan ontzettend helpen
Zo lang je maar relaties hebt, zijn prijzen niet te stelpen
Ik doe aan elke wedstrijd mee en ding naar elke beurs
Ik ben de hoogst geprijsde van de Hollandse auteurs
Garcon, un pernod, van de Catsprijs
refrain:
Altijd prijs, altijd prijs en dan lekker naar Parijs
Met volle teugen drink ik de Parijse sfeer
Van bistro naar bistro en ik duik in de pernod
Na een half uurtje weet ik van geen prijzen meer
Parijs, het paradijs van de Hollandse auteurs
Altijd prijs, altijd beurs
Laat anderen maar zwoegen, berooid en miskend
Met het boekenbal als enige vermakelijkheid
Ik ben geen genie, ik heb zelfs geen talent
Waar ik het van moet hebben is mijn zakelijkheid
Ik kijk wie in de jury zit en stuur wat bosjes bloemen
Maar niet al te duur, want dan kun je het chantage noemen
Op 't kaartje staat altijd: met ootmoedige verering
Dat boek ik op m'n aanslag doodgewoon als investering
Zo kreeg ik, zeg nou zelf, dat is toch werkelijk subliem
Al tien keer de debuutprijs, onder ander pseudoniem
refrain
Dan denk ik toch nog altijd even aan mijn eerste
Mijn eerste roman: 'Het gezang van de zaag'
Kreeg de jeugdprijs van de gemeente Boekelo
Stukken in de kranten en een stuk in m'n kraag
In het diepst van m'n gedachten dacht ik: houen zo
Sindsdien heb ik behoorlijk van m'n boeken kunnen leven
Ik heb nu over elke streek een streekroman geschreven
Ik heb geen enkele mening over Hemingway of Dante
Ik lees alleen de wijnkaart en ik spel de prijscouranten
Steeds hoger stijgt mijn aanzien, steeds hoger stijgt m'n vlag
Steeds hoger stijgt m'n saldo en m'n literair gezag
Weet u nou bijvoorbeeld wie er over mij voor de radio gesproken heeft
Zal u niet willen geloven... Prof.dr.Garmt Stuiveling! Nou dat is toch
geen kleine jongen, he ober? En weetr u wat hj gezegd heeft, ober, voor
de aardigheid: dat m'n geschriften getuigen van een niet aflatende angst
voor de eigen gespleten persoonlijkheid. Gespletenheid! Nou ja
waarom niet. Garcon! Deux pernods
refrain
Maar dan soms zo volkomen beurs