Zomerverlangen songteksten
Grauw zijn de velden en kleverig de wegen
Guur zijn de winden, bevroren de waters
De vogels zijn stil, maar luidruchtig de katers
Nog is niet het vuur in de haarden gedoofd
Maar ik heb het warm, 'k heb de zomer in 't hoofd
Ik denk aan de zon en de zomerse wegen
'k Verlang naar het geurende hooi in de wei
Naar 't stille getik van de lauwwarme regen
Ik droom van een meisje, een meisje voor mij
'k Verlang naar de hemel, zo stralend, zo blauw
Naar de zon, naar de zomer, naar jou
In trek is de borstrok en duur zijn de eiers
In 't vrije veld nog sporadisch de vrijers
Nat is het gras, dus gedwarsboomd de liefde
Nijdig het paar, dat een schuilhoek beliefde
Er is nog geen zwaluw, die lente belooft
Maar 'k heb het toch warm, 'k heb de zomer in 't hoofd
Ik denk aan het botsende, klotsende water
'k Verlang naar de rust van de eind'loze plas
Naar 't ruisen van 't riet, naar het eendegesnater
Het spel van de wind in het wuivende gras
Ik denk aan libellen, zo sierlijk, zo blauw
Aan de ruimte, de stilte, aan jou
Laag staat het kwik en verpakt zijn de vrouwen
Zijn dat de wezens, waarvan we zo houden?
Paars zijn de neuzen en vuurrood de oren
Veel heeft de vrouw van haar charme verloren
Van heel veel sex-appeal is ze beroofd
Maar toch is ze lief, 'k heb de zomer in 't hoofd
Ik denk aan de zomerse, zonnige stranden
Ik denk aan de grote, oneindige zee
Daar wil ik dan dromen, met het hoofd in de handen
Jouw hoofdje natuurlijk, want jou neem ik mee
Ik voel nu geen wind meer, geen regen, geen kou
Ik verlang, ik verlang zo naar jou