Maasballade songteksten
Het was een kind van arme ouders
Een gup van ongeveer zo hoog
Een klompvoet en een knokig lichaam
Er was geen geld voor een glazen oog
Toen zijn ouders gingen scheiden
Kwam hij pardoes op straat te staan
Zijn eten kwam uit vuilnisbakken
Hij dacht: Ik maak er een einde aan
Dus liep hij naar de Willemsbrug en met een laatste groet
Ging hij op de leuning staan, sprong zijn einde tegemoet
Als in een groot mirakel was die al zijn kwalen kwijt
Als Tarzan kwam ie uit de Maas, hij leefde nog een lange tijd
Ziet u 't niet meer zitten, heeft uw leven weinig zin
Bedenk wat u zou willen en spring het water in
U komt er weer herboren uit, u zit nergens meer mee
De Maas spoelt al uw zorgen weg, neemt ze mee naar de Noordzee
Het verhaal van onze vriend ging als een lopend vuurtje rond
Zodat de hele stad in 't water sprong en er genezing vond
Zo ook de Heer Bram Peper, die wat aan vetzucht leed
En ondersteund door zijn chauffeur in het vieze water gleed
Na een kwartiertje watertrappen, kwam Bram uit de Maas omhoog
Met een klompvoet en een knokig lichaam, vol met zweren en een glazen oog
Hij was geen kind van arme ouders, nee, zijn bedje was altijd gespreid
Ja, als je geen echt Rotterdams hart hebt, heeft De Maas aan jou mooi schijt
Ziet u 't niet meer zitten, heeft uw leven weinig zin
Bedenk wat u zou willen en spring het water in
U komt er weer herboren uit, u zit nergens meer mee
De Maas spoelt al uw zorgen weg, neemt ze mee naar de Noordzee
Neemt ze mee naar de Noordzee
Neemt ze mee naar de Noordzee... Kets