Te vondeling gelegd songteksten
Zo vaak ziet men 't gebeuren
Dat 'n arme mooie meid
Door hare heer of meester
Te schandelijk wordt verleid
Na stilling van zijn lusten
Verzadigd van genot
Stuurt hij haar schimpend henen
En denkt niet aan haar lot
Hij haakt reeds naar 'n ander
En zij is hem te veel
De smaad en bitt're schande
Is nu voortaan haar deel
Dan, met een hart vol weemoed
Buigt zij het moede hoofd
Waarom heeft zij beloften
Maar al te licht geloofd?
Waar, waar zal zij zich bergen
Die arme jonge vrouw?
Die, in plaats van levensvreugde
Slechts droef'nis vindt en rouw
Haar werd een kind geboren
Haar schande, zo men zegt
Want slechts 't arme meisje
Wordt 't schandmerk opgelegd
Toch, ware er schuld bedreven
Op haar rust 't niet alleen
Waarom toch ziet de wereld
Van twee schuld'gen slechts een?
En 't arme, kleine kindje
Wordt met geen lach begroet
Geen blijde jubelkreten
Klinken het tegemoet
En is de nacht volkomen...
Neemt zij die nacht te baat
Zij, die daar angstig omziend
Haar kindje legt op straat
Zo zijn de ruwe keien
Z'n wieg en zal misschien
Het kind in 't ver'dre leven
Nooit meer z'n moeder zien
Wat zal er van haar worden?
Wellicht 'n hoer, 'n slet
Die bij 't geklink der glazen
Haar knagend leed verzet
En door gehuurde zorgen
Wordt 't kindje grootgebracht
Ruw... koud... wordt aan z'n toestand
Z'n wees-zijn niet gedacht
'k Veroordeel niet de moeder
Wie is de schuldige dan?
Gij zijt het, schooiers, patsers!
Gij zijt de schuld ervan!