De stoere songteksten
De stoere huilt niet
De laatste keer is meer dan tien jaar terug
Toen stierf z'n hond van ouderdom
Maar dat was toen
Hij had niet willen huilen
Maar er was niets aan te doen
De tranen komen nu niet meer zo vlug
Een keer nog bijna
Gelukkig hield 'ie zich toen nog net groot
Z'n moeder lag in het ziekenhuis
Ze leek zo klein
Haar zo te zien, dat kon 'ie niet
Dat deed 'm te veel pijn
Maar huilen nee, hij gaat nog liever dood
Nooit zal je hem eens goed zien snikken
Hij is een meester in het slikken
Van de grootste tegenslag
Zelfs toen 'ie die collega zag
Die avond in het concertgebouw
Gearmd en lachend met zijn vrouw
Kotsmisselijk liep 'ie naar de zaal
Maar met een blik van roestvrij staal
Altijd die blik van roestvrij staal
De stoere huilt niet
Is nooit eens van z'n stuk of heel nerveus
Hij zou het soms wel willen
Maar dan voelt 'ie zich zo bloot
En hij weet heel goed
Als hij huilt dan is de schade groot
Dan blijft er niets meer over van die reus
En dat, dat mag niet
Dus gaat 'ie maar weer onverschrokken door
En denkt vooral nooit aan die dag
Die dag in Maart
Die lieve kop, die koude vacht
Die levenloze staart
De dag dat 'ie z'n beste vriend verloor
En niemand heeft het in de gaten
Dat z'n vrouw hem heeft verlaten
Niemand zal het aan hem zien
Ja, z'n oudste zus misschien
Die ziet het misschien aan een gebaar
Of aan die kiezen op elkaar
Die breit misschien een warme sjaal
Voor dat broertje met die blik
Met die blik van roestvrij staal
Maar het zijn de slapsten niet die huilen
Het zijn de stomsten niet die smeken
Het zijn de zwaksten niet die buigen
Het zijn de weeksten niet die breken
Maar de stoere niet
De stoere huilt niet