Mijn ouwe kroeg van toen songteksten
Mijn ouwe kroeg van toen is cafetaria geworden
Een boze droom van formica en glas
De pilsjes hebben plaats gemaakt voor stapels vuile borden
Je kunt niet eens meer zien hoe of het was
En 't was misschien niet wat je noemt een echte sjieke tent
Het was een buurtcafe en zelfs die buurt bleek niet te sparen
Maar wat je ervan zeggen wilt, ik was eraan gewend
En zoiets doet dan pijn na al die jaren
Waar Henkie stond, staat nu een beetje pafferige gozer
Die vreet waarschijnlijk van zijn eigen waar
En als hij eens wat zegt heb ik niet eens een glimlach over
Maar daar solliciteert hij ook niet naar
De mensen komen nu om loempia's en porties friet
En af en toe een knakworst om de zinnen te verzetten
Maar telkens als ik naar ze kijk, hoef ik zo nodig niet
Want ook van heimwee kan je hart vervetten
Boven mijn ouwe plekkie hangt een lullig schilderijtje:
Een juffrouw, worst'lend met haar ondergoed
Toen ik nog regelmatig kwam, at ik daar graag een eitje
Maar voor zoiets ontbreekt me nu de moed
De meiden van weleer zijn nu hun wilde haren kwijt
Want ze zijn aangepast en dik geworden met de jaren
Ze hebben nu de man, om wie ze lachten indertijd
En alles waar ze toen nog bang voor waren
Waar Ome Jan vertelde van zijn tijd bij de marine
En zoveel borreltjes gedronken heeft
Liggen nu dooie kippen lijf aan lijf in een vitrine
En wachten daar op wie ze overleeft
Mijn ouwe kroeg van toen heet nu Verstraten's Smikkelbar
De naam alleen al die bezorgt me tranen in mijn ogen
Maar wie me dat geflikt heeft is nog lang niet met me klaar
Want zoiets zou toch eigenlijk niet mogen